Vanden Blinckenden Steen

Dagen: Vijf dinsdagen (13.30 – 16.00 uur)
Begeleiding: Riet Spierings en Frits Tillmans

 
Siet dit es die blinckende steen die den scouwenden menschen ghegheven werdt,
en in desen stene eenen nuwen name ghescreven, die niemen en weet dan dien ontfeet.
… en ik zal hem geven een blinkend steentje, en in dit steentje een nieuwe naam gegrift
die niemand kent dan die hem ontvangt

(II,1; vgl. Openb. 2,17)

 
Jan van Ruusbroec houdt van beelden en gelijkenissen. Het kleine traktaat Vanden Blinckenden Steen is ontstaan na een lang gesprek met een ons onbekende kluizenaar. Na het gesprek vroeg deze kluizenaar om een schriftelijke verheldering. De inwilliging van dit verzoek heeft ons een boekje opgeleverd dat de hoge leer van Die gheestelijke brulocht in opvallend eenvoudige taal nog eens herneemt met psychologische gevoeligheid voor de mens. Ruusbroec toont hierin grote eerbied voor ieders persoonlijke roeping en een waardering voor elke levensstaat als kans om in het geloof te groeien. In alles wat hij schrijft wil hij mensen bewust maken van de voortdurende verbinding met God in hun diepste innerlijk. Hij wil mensen helpen een ervaring hiervan op te doen of, als die ervaringen er zijn, ze te duiden en er op de juiste manier mee om te gaan.

 
Jan van Ruusbroec, uit het Brusselse afkomstig, leefde van 1293 tot 1381. Na kapelaan geweest te zijn in de Sint-Goedelekerk te Brussel stichtte hij samen met twee priesters de proosdij van Groenendaal in het Zoniënwoud. Hij zelf werd er prior en stond bekend om zijn goedheid en opmerkelijke spirituele wijsheid. Terwijl hij als priester werkzaam was in de stedelijke samenleving, beleefde hij topmomenten van mystieke ervaring, Hierover schreef hij vooral op aanvraag van anderen. Hij putte daarbij uit eigen ervaringen en uit de kennis die hij had opgedaan in zijn opleiding en door zelfstudie.

 
Ruusbroec beschermde de werken van Hadewych en Meester Eckhart; hij was goed op de hoogte van de Rijnlandse en Noord-Franse mystiek (bv. Willem van Saint-Thierry) en de klassieke werken van de grote Ordes. Tijdens zijn leven waren zijn werken al beroemd. Verschillende van zijn geschriften werden zeer vroeg vertaald in het Latijn en Hoogduits en, aan het eind van de eeuw, ook in het Engels. De leerlingen en navolgers van Ruusbroec zijn vooral te vinden in de Lage Landen (Moderne Devotie) en in het Rijnland.

 
Uit huidige studies weten we dat ook Johannes van het Kruis en Theresia van Avila door hem zijn beïnvloed. Ruusbroec blijft van grote invloed o.a. door zijn integratie van het lichamelijk-zintuigelijk leven in de mystiek, zijn ideaal van het ‘gemene’ leven, zijn beeldgebruik en zijn nuchtere en kritische kijk op het leven van de mens.

 
We lezen teksten uit Vanden Blinckenden Steen. Oorspronkelijke tekst met vertaling in modern Nederlands, door L.Moreels, Lannoo, Tielt/Bussum 1981, 111 blz. Dit boekje is op het KCS verkrijgbaar voor 5.50 euro.
Door lezing en onderling gesprek proberen we de tekst in eigen ervaring en eigen situatie te verstaan.