Groeien in mededogen

In het jaarprogramma 2012-2013 vier films die mededogen thematiseren. Compassie is voor ieder van ons onontbeerlijk. ‘Mededogen is zelfs onze menselijke bestemming’, zegt Hein Stufkens. Karen Armstrong heeft met het Handvest voor Compassie aangetoond dat mededogen inderdaad van alle tijden en plaatsen het bindend visioen is van religies. Ook veel films laten zien hoezeer het in het leven en samenleven draait om mededogen. Soms in positieve beelden, denk maar aan de films Des hommes et des dieux en As it is in heaven, die tonen hoe een leven vanuit mededogen mogelijk is. Maar het kan ook gebeuren dat films verbeelden hoe moeilijk het is om te leven vanuit mededogen. Ze zetten de kijker eerder aan het denken over wat er nodig is om te groeien in compassie. Dat groeien in mededogen noodzakelijk is in onze globaliserende samenleving, staat echter buiten kijf. We zijn op elkaar aangewezen en hebben elkaar nodig, over de traditionele grenzen heen, tussen generaties en landen in. Filmbeelden kunnen ons helpen hoe daaraan gestalte te geven. Een Amerikaanse en drie Franstalige films helpen ons op weg. Ouders en kinderen, leraren en leerlingen, christenen en moslims, ze gaan elkaar in deze films vroeg of laat ontmoeten in mededogen.

 

De mythe van Job in een nieuw jasje

 

Gouden Palm winnaar 2011 The Tree of Life is een filmisch meesterwerk. Allereerst is de film een genot voor de zintuigen. Regisseur Terrence Malick vertrouwt op de kracht van poëtische beelden, klassieke muziek en meditatieve voice-overs om zijn verhaal te communiceren. Het overgrote deel van de film bestaat dan ook niet uit scènes met dramatisch geacteerde dialogen tussen personages, maar uit symfonieën. Zoals de sequentie waarin we hoofdpersoon Jack zien opgroeien en die begint bij de relatie van zijn ouders en eindigt als hij er een broertje bij krijgt. Op de tonen van Smetana’s De Moldau zwiert de camera door de natuur en door een Texaanse buitenwijk in de jaren vijftig en vertelt zo op wonderschone wijze het universele en toch altijd weer unieke ontstaan van leven. Nog abstracter is een eveneens elegante sequentie over het ontstaan van de aarde, die niets letterlijks met die jeugd te maken heeft, maar er slechts thematisch mee is verbonden. Ze begint met een caleidoscopisch kleurenspel begeleid door Preisners Lacrimosa, waarin de kiem van de filosofische en spirituele tegenstelling wordt verkend waar Malick in de rest van de film op voortbouwt: die tussen de weg van de natuur en de weg van genade als twee mogelijke levenspaden.

 

De film volgt de herinneringen van Jack O’Brien, oudste van drie zonen in een Amerikaans middenklasse gezin in de jaren vijftig. Langzaamaan komen we te weten hoe zijn jeugd en de dood van zijn broertje aan de basis liggen voor de volwassen Jack, een verloren ziel in de moderne wereld. Jacks serene moeder vertegenwoordigt met haar onvoorwaardelijke liefde de genade en levensvreugde, terwijl de controlerende vader met geweld en strengheid de natuur vertegenwoordigt. Beiden oefenen invloed uit op de jonge Jack; moeder door hem te beschermen en vader door hem met harde hand te leren zichzelf voor alles te stellen. De twee verschillende levensvisies vloeien in de film vrij in elkaar over, van het begin der aarde tot aan de volwassen Jack, van dinosaurussen tot aan wolkenkrabbers, van simpele huiselijke taferelen tot bomen, vanuit allerlei perspectieven tot imaginaire droomlocaties. En dat allemaal prachtig ritmisch aan elkaar en door elkaar gemonteerd. De film is een grote ‘stream of consciousness’ (stroom van bewustzijn) van de volwassen Jack, die evenals zijn ouders na de dood van het broertje op zoek is naar zijn relatie tot God en de wereld.

 

Jack vraagt zich af waar het kwaad in hemzelf vandaan komt en waarom onschuldigen worden gestraft? Antwoord krijgt hij echter niet. Als een moderne Job op de mestvaalt bidt hij weliswaar, maar hij blijft in het duister tasten. God antwoordt niet. Die stelt alleen een wedervraag aan Job. Die wedervraag vormt het motto waarmee de film opent: Waar was jij toen ik de aarde grondvestte? (Job 38, 4). Gods beschikkingen in de natuur vormen weliswaar aanwijzingen voor zijn beleid in het leven van de mens, maar de mens zelf kan die niet doorzien. The Tree of Life poogt een nieuwe gestalte te geven aan de oude mythe van Job en dat is waardevol. Eeuwige vragen, de mens stelt ze immers telkens weer opnieuw. Het zijn de eigentijdse verbeeldingen die ons het dichtst bij een ‘antwoord’ brengen. Waartoe ben ik hier op aarde en waarom is er kwaad, lijden en sterfelijkheid? Het ‘antwoord’ van The Tree of Life: het universum en onze plaats daarin, het blijft een wonderbaarlijk, ondoorgrondelijk mysterie. De weg van de natuur, het overlevingsinstinct is de meest basale, maar zeker niet de meest spirituele weg door het leven. Dat is de weg van de genade. Volwassen worden kan niet zonder verlies van onschuld, maar liefhebben maakt mededogen mogelijk.

 

Dag: Zaterdag (11.00–16.30 uur)
Datum: 29 september
Kosten: 20 euro
Begeleiding: Marjeet Verbeek en Wilbert Sentenie