Het bezielde landschap     Openingsavond  KCS  

Spiritualiteit in de schilderkunst

Eeuwenlang werd het landschap geschilderd als spiegel van de ziel en uitdrukking van spirituele waarden. Dr. Kick Bras schreef er een boek over, een rijk kijk- en overdenkboek, met veel grote kleurafbeeldingen. De schrijver toont en becommentarieert landschappen van Caspar David Friedrich tot William Turner, van Vincent van Gogh tot Anselm Kiefer. Het boek is recent verschenen. Kick Bras houdt hierover een lezing, waarbij hij veel van de schilderijen zal projecteren. Aan de orde komen thema’s als het verlangen naar een aards paradijs, kosmisch besef, de berg als manifestatie van het goddelijke. Het boek zal ook (met korting) te koop zijn.

 

Datum                             Vrijdag 13 september (19.30 – ca 21.30uur)

Kosten                            5 euro

Inleider                           Kick Bras

Aanmelden                     noodzakelijk (ruimte is beperkt) en uitsluitend schriftelijk of via e-mail:

info@kcs-haarlem.nl

Hoe leef ik mijn leven samen met anderen?

Speling is een kwartaaltijdschrift voor bezinning en spiritualiteit onder redactie van onder andere Annemarieke van der Woude, Marjeet Verbeek en Kees Waaijman. Het tijdschrift gaat haar 71ste  jaargang in, is uit de Karmeltraditie voortgekomen en nog steeds een van de toonaangevende tijdschriften over allerlei actuele en tijdloze onderwerpen, belicht vanuit de christelijke spiritualiteit.

Er wordt gewerkt met jaarthema’s. Dit jaar is het thema ‘Samenlevingskunst’. In een tijd waarin de toekomst van Europa onzeker is, het klimaat wordt bedreigd, duizenden mensen op drift zijn geraakt en nationalisme en protectionisme hoogtij vieren, is het niet moeilijk om een cultuurpessimist te zijn. Het gebouw van ons samenleven lijkt te zijn ingestort en wij zitten te midden van de puinhopen. Vragen die dan oprijzen zijn: hoe leef ik mijn leven samen met anderen? Wat bepaalt eigenlijk onze menselijkheid?

Er is een verlangen om verschillen te overbruggen en vertrouwen te herstellen, Kunnen in die speurtocht naar een nieuw ‘wij’ aloude deugden van betekenis zijn?

 

Eens per kwartaal komen we bij elkaar. In de loop der jaren is een hechte band ontstaan, die zich kenmerkt door een veilige omgeving waar doorleefde ervaringen in de taal van het hart gedeeld kunnen worden.  Er is ruimte en plaats in de groep om je aan te sluiten.

We lezen Speling, te bestellen bij Uitgeverij Gianotten, Postbus 9228, 5000HE Tilburg: speling@gianottenprintedmedia.nl

Jaarabonnement 28.50 Euro. Zie ook www.speling.nl

 

Dagen                Vier dinsdagavonden (19.15 – 21.30 uur)
Data                   3 sept – 3 dec – 3 mrt – 2 juni
Kosten               40 euro
Begeleiding       Joanne Kruijswijk Jansen en Krijn Kramer

Ida Gardina Margaretha Gerhardt (Gorinchem, 11 mei 1905 – Warnsveld, 15 augustus 1997) was een Nederlands dichteres en een classica pur sang: in haar bewondering voor Lucretius en Vergilius, voor haar eigen leermeester Leopold, in haar leraarschap en in haar verskunst (sonnetten, kwatrijnen, rondelen, sapphische strofen). ‘Vorstin der Nederlandse poëzie’ heette zij ook wel. Denkend in dichter-generaties hoort ze als derde in een rijtje na Nijhoff en Achterberg. In kerkelijke kring is zij vooral bekend vanwege haar berijming van de Psalmen (samen met Marie van der Zeyde).

Ze had er speciaal Hebreeuws voor geleerd.

 

Wat in haar gedichten aanspreekt is die ontvankelijke houding ten opzichte van het leven zèlf. Beelden die ze zag, geluiden die ze hoorde, woorden vooral, konden haar plots aangrijpen. Ze kon er door worden stilgezet om vervolgens vol verbazing, verwonderd, er heel andere dingen in te horen, in te zien, ongeziene dingen, ongehoord. Dat was haar talent, haar dichterschap. Zij ervoer het als haar roeping om die wonderlijke tekenen te verstaan, de signalen op te vangen van een wereld die tegelijk wel en tegelijk niet van hier is. En dan te proberen die te decoderen en ze te vatten in gedichten.

 

Dit proces van transformatie van een ogenschijnlijk gewoon gebeuren tot een zeer betekenisvol en zinrijk verhaal, is fascinerend bij Ida Gerhardt. Iets heel gewoons wordt door haar opgevangen, een beeld van een jong kalf in de wei, een vreemd woord, het geluid van water in de sluis, ja het kan zelfs een radiobericht zijn (de waterstand) en dan is er een ‘clic’. Wat ze ontvangen heeft verbindt zich met iets in haar ziel, het ongehoorde begint te groeien en zoekt een uitweg in een gedicht. Daar geeft het zijn geheimenis prijs, daar wordt wat verborgen was geopenbaard. Maar pas op, ook verwoord (gevat in de code van de taal) blijft het een geheimenis.

 

In vijf bijeenkomsten lezen we gedichten die haar leven markeren. Kunnen we even ontvankelijk worden als de dichteres toen zij het gedicht schreef?

 

Dagen                Vijf woensdagen (14.00 – 16.30 uur)

Data                   18 sep –  2 okt – 16 okt – 30 okt – 13 nov

Kosten               50 euro

Begeleiding       Janneke Krijger en Lia Vergouwen

De afgelopen decennia stonden in het teken van het ‘ik’, van de ontplooiing van ons zelf. De laatste jaren komt de vraag op hoe we ons leven leiden samen met anderen. We zoeken verbindingen en een zekere geborgenheid. We verlangen ernaar vertrouwen te herstellen. En dat is nog een hele kunst. Waar staan wij in onze verbeelding van een nieuw ‘wij’?  Waar vinden we  bronnen voor onze creativiteit?

 

De film Roma

De met een Gouden Leeuw bekroonde film Roma uit 2018 van Cuarón is een levensechte, fijnbesnaarde film die betovert en verrast met subtiele details en herkenbaar menselijk geworstel.

De film speelt zich af tegen de achtergrond van het roerige en gewelddadige Mexico van de vroege jaren zeventig, maar begint en eindigt met een lange scène waarin de vloer van de binnenplaats geschrobd wordt door het kindermeisje Cleo dat inwoont bij een gezin uit de hogere middenklasse. We blijven bij haar, de hele film lang.

Roma is een biografische film, een ode aan het kindermeisje van de Mexicaanse regisseur zelf. Door zijn 57-jarige ogen kijken we met hem terug op wat destijds vanzelfsprekend was. ‘Je stelt jezelf weinig vragen over de mensen met wie je opgroeit’, zegt Cuarón. ‘Je houdt van ze, ze zijn er. Je hebt geen reden eens een stapje achteruit te doen, om die personen los te zien van die familie-context. Als individuen, mensen met hun eigen behoeften en wensen.’

Dat doet hij wel in zijn film Roma. Het kindermeisje Cleo is, zoals toen gebruikelijk was, afkomstig uit een inheemse bevolkingsgroep. ‘Voor mij was ze mijn tweede moeder, mijn indianenmoeder. Ze leeft nog steeds in het familiehuis, haar dochter is als mijn nichtje. Ze hoort bij het gezin, maar dat neemt haar sociale klasse niet weg, of haar inheemse komaf. Daardoor is ze achtergesteld. En dan was ze ook nog vrouw in de samenleving van toen. Driedubbel getroffen. Ik wilde in mijn film aandacht besteden aan de complexiteit van haar leven.’

En zo werd Roma een vrijwel plotloos sfeerportret van een familie én een subtiele kritiek op een racistische klassenmaatschappij vol geweld op de achtergrond. Betoverend is de weldadige rust van de film met zijn kalme camerabewegingen, talloze subtiel verbeelde details van herkenbaar menselijk geworstel en soms ook verrassend met een incidentele dosis magisch realisme. Een paar uur lang neemt Cuarón je mee naar een zelden zo op beeld vertoonde plek. De filmtitel Roma reikt daarmee naar de gouden periode van de Italiaanse cinema, het neorealisme van grootmeesters Rossellini en De Sica, die de ‘gewone mens’ portretteerden. Maar de titel is allereerst een verwijzing naar het Roma van Mexico-Stad, de wijk waar Cuarón opgroeide. Hij zet de wijk en zijn mensen neer in hedendaags en naturalistisch zwart-wit zodat de film nergens nostalgisch en romantisch wordt, maar wel de vraag oproept: samen leven, hoe doen we dat, toen en nu?

 

Datum                Zaterdag 21 september (11.00 – 16.30 uur)

Kosten               20 euro

Begeleiding       Wilbert Sentenie en Marjeet Verbeek

Vreugde en verdriet

zijn voor haar geen verschillende gevoelens.

Alleen als die twee zijn verbonden

is ze bij ons.

We kunnen op haar rekenen

wanneer we nergens zeker van zijn

maar alles willen weten.

 

‘Enige woorden over de ziel’, Wisława Szymborska

 

Een dag niet gelachen is een dag niet geleefd, zegt men. De dichter Gerrit Krol schrijft ergens: wie niet elke dag in zijn ziel roert, vriest dicht. Maar waar houdt de ziel zich schuil? Liever loop je er niet mee onder de arm. Want dan gaat het je blijkbaar niet goed. Of …? Hebben we het soms niet gewoon nodig om met de ziel onder de arm te lopen, onze pas te vertragen en ons eens af te vragen hoe het met ons gesteld is?

Deze dag gaan we onze ziel in beroering laten brengen, door letterlijk in beweging te komen en een labyrint te lopen. Daar blijkt, zo leert de ervaring, het labyrint heel geschikt voor te zijn. Het is een oeroud symbool voor de weg naar binnen, naar de essentie van het bestaan. Een geometrisch beeld van de brug tussen hemel en aarde, de verzoening van tegendelen en een zinnebeeld voor de scheppende en leven schenkende krachten in het universum.  Labyrinten worden al in rotstekeningen uit de Bronstijd aangetroffen, in vele culturen van India tot Amerika, en werden in de Middeleeuwen in de vloer van zeven Franse kathedralen gelegd.

Maar later raakten deze labyrinten weer in onbruik en werden zij eruit gesloopt, op die van Chartres na. Wel bleven de steen- en turflabyrinten langs verre kusten van Europa bewaard en gebruikt door bijvoorbeeld vissers voordat zij de zee op gingen en bij lentefeesten. Dat duidt erop dat mensen hier nog lang betekenis aan toekenden.

In de jaren tachtig van de vorige eeuw is er opnieuw een grote belangstelling ontstaan en sindsdien worden overal nieuwe labyrinten gelegd: bij ziekenhuizen, in stadsparken en in kerken, bij spirituele centra en op bijzondere plaatsen in het landschap. Wanneer mensen er gebruik van maken, zeggen zij dikwijls dat ze er door tot rust komen, dat zij bijvoorbeeld helderheid krijgen over een moeilijke beslissing of verbondenheid ervaren met zichzelf en met anderen, met de natuur en de spirituele wereld.

We zullen deze zondag de rijke betekeniswereld van het labyrint verkennen, de geschiedenis en de symboliek. Met speelse en creatieve elementen, schrijfoefeningen, met poëzie en muziek hopen we de kracht van het labyrint te ondergaan. Als het weer het toelaat, gaan we in de middag in het Ripperdapark een labyrint  lopen. We mochten eens, in een omtrekkende beweging, een glimp opvangen van de ziel!

Zorg voor geschikte buitenkleding en schoenen waarmee u op gras kunt lopen. Bij slecht weer zoeken we een alternatieve locatie voor het labyrint. Teksten en materialen worden op de dag zelf tegen een kleine vergoeding ter beschikking  gesteld.

 

Datum               Zondag 22 september (11:00 – 16:30 uur)

Kosten              20 euro

Begeleiding      Dinette Kooiman en Mineke Kroes

De weg van de mens wordt wel het mooiste en meest fijnzinnige boekje van Martin Buber genoemd, een pareltje van chassidische literatuur. Sinds 1952 beleefde het vele herdrukken. De teksten zijn gebaseerd op een lezing van Buber in 1947 in Bentveld voor de Woodbrookers.

 

Het chassidisme is de grote mystieke-religieuze beweging die in het midden van de 18e eeuw ontstond in het Oost-Europese Jodendom.

 Wij hebben hier te doen met een leer die ervan uitgaat dat mensen in wezen ongelijk zijn, en die zij daarom niet aan elkaar gelijk wil maken. Alle mensen hebben toegang tot God, maar ieder heeft een andere. Juist in de verscheidenheid van de mensen, in de verscheidenheid van hun aanleg en hun neigingen, ligt de grote mogelijkheid voor het mensdom.

Ieder draagt iets kost­baars in zich, dat in geen ander te vinden is. Wat echter dit ‘kostbare’ is in een mens, kan hij slechts ontdekken wanneer hij zijn sterkste gevoelens, zijn innigste wens, datgene in hem wat zijn diep­ste innerlijk beroert, waarachtig beseft.

Op vertellende toon neemt Buber de lezer mee op die weg. Soms ontvouwt hij een korte chassidische vertelling om de wijsheid daarin te laten oplichten. Zo komt de weg van de mens dichtbij. Een weg die te doen is, een weg voor iedereen. De weg die loopt van zelfbezinning, de eigen bijzondere weg, via vastbeslotenheid, steeds weer bij zichzelf beginnen en zich niet met zichzelf bezighouden om te komen tot de plaats waar men staat.

Want daar waar wij staan, moeten wij het verborgen godde­lijke leven doen oplichten. En al hadden wij macht tot aan de uithoeken van de aarde, wij zouden niet toekomen aan dat vervulde bestaan wat ons de stille toegewijde overgave aan de levende-omge­ving schenken kan  (…) Onder de haard van onze woonstede ligt onze schat begraven.

 

Het kleine boekje nodigt uit om steeds opnieuw te lezen, om de teksten stap voor stap op je te laten inwerken, er samen over te praten en zo steeds dieper binnengeleid te worden in de wijsheid en levenskunst die erin te vinden is.

Het is een mooi uitgevoerd boekje met een prent van H.N. Werkman (1882-1945) op de omslag. In de bijeenkomst laten we ons ook inspireren door andere prenten van Werkman bij door Buber navertelde chassidische legenden.

Martin Buber (1878-1965) was filosoof, schrijver, bijbelkenner en psycholoog en groot kenner van de joodse literatuur en traditie. Vanwege zijn inspanningen voor de vrede tussen Joden en Arabieren ontving hij vele prijzen, waaronder de Goetheprijs en de Erasmusprijs.

 

Martin Buber, De weg van de mens, Uitgeverij Juwelenschip.

ISBN 13: 978 90 215 8046 3

 

Dagen             Vijf woensdagen   (14.00 – 16.30 uur)

Data                9 okt – 23 okt – 6 nov – 20 nov – 4 dec. 2019

Kosten            50  euro

Begeleiding    Wil Simis-Goddijn en Riet Spierings

 

De mens hunkert naar taal.

Taal verbindt.

Taal troost.

Taal is nodig om te communiceren

maar bovenal is het een middel om je te uiten,

om je te manifesteren,

om te laten zien wie je bent.

 

Er zijn verschillende soorten taal.

Lichaamstaal,

gebarentaal,

een eigen taal.

Taal onderscheidt ons.

 

Poëzie heeft een aparte plaats.

Hierin kan je meer uitdrukken dan dagelijkse woorden.

Kijken wat jou ruimte geeft.

Je kunt woorden en zinnen gebruiken die je niet verwacht

maar die wel een gevoelslading hebben.

Je kunt zinnen zo voegen dat het meer zegt.

Het kan je op een ander been zetten,

iets met je doen.

 

Als je niet weet wat je moet schrijven

is dat het beste begin.

Een ontdekkingsreis naar je dromen,

herinneringen, ervaringen.

Schrijvend ontdekken wat het beste bij je past.

 

 

Met poëzie lezen en schrijven.

Voor iedereen die graag gedichten schrijft of het nog niet eerder heeft gedurfd.

Tijdens de workshop lezen we een aantal gedichten van bekende dichters. Vanuit deze gedichten schrijven we aan de hand van creatieve schrijfoefeningen en korte schrijfopdrachten een eigen gedicht. Schrijfervaring is niet nodig. Verlangen en nieuwsgierigheid wel.

 

Dagen               Twee vrijdagen (14.00 – 16.30 uur)

Data                  18 oktober en 1 november

Kosten              20 euro

Begeleiding      Lidwiene Vermeij

Het aangrijpende verhaal in het boek Leerschool gaat over het leven van Tara Westover. Ze beschrijft hoe ze opgroeit in een groot Mormoons gezin in de bergen van Idaho in de Verenigde Staten. Ze heeft geen bewijs van haar geboorte, ze gaat niet naar school, helpt haar moeder als kruidengenezeres en werkt met haar broers in de sloperij van haar vader. Lange tijd conformeert ze zich aan deze geïsoleerde en uitzonderlijke situatie en aan de strenge opvattingen van haar vader. Ze verdoezelt het geweld dat haar broer op haar uitoefent. Intussen leert ze, deels van haar moeder maar vooral door zelfstudie, lezen, schrijven en wiskunde.

Langzamerhand dringt het besef door dat ze als het ware leeft in het hoofd van haar vader, vanuit zijn denkbeelden en opvattingen over het leven en hoe de wereld in elkaar zit. Ze wil in haar eigen hoofd leven en wonen en ontdekt dat de wereld buiten haar gezin beter bij haar past. Als ze op zestienjarige leeftijd wonderwel slaagt voor het toelatingsexamen van een naburige universiteit blijkt die stap buiten het gezin wel heel groot te zijn. Niet alleen de universiteit, maar ook het omgaan met medestudenten en het leven in een moderne wereld die haar volkomen vreemd is, blijken een enorme leerschool voor haar te zijn. De allerbelangrijkste en moeilijkste leerschool is echter de zoektocht naar wie ze zelf is, het vinden van haar eigen identiteit.

Het verhaal laat zien hoe ze zelf vorm geeft aan haar lot, stap voor stap, met vallen en opstaan en hoe ze heen en weer geslingerd wordt tussen boosheid en loyaliteit naar haar ouders en haar familie. Hoe meer ze zichzelf vindt, hoe meer de liefde voor haar ouders het uiteindelijk toch wint van de woede en de boosheid.

De ongelooflijke zoektocht van Westover is spannend en confronterend, zeker als je zelf een strenge, onderdrukkende religieuze opvoeding hebt gehad of geweld in welke vorm dan ook in je eigen gezin hebt meegemaakt. Het meest onvoorstelbaar en dapper is toch de weg die zij heeft durven gaan en die haar uiteindelijk veel gebracht heeft. Momenteel is ze onderzoekster op de universiteit van Cambridge.

 

Een indrukwekkend en spannend boek dat genoeg stof biedt om met elkaar in gesprek te gaan over je eigen opvoeding, over loyaliteit aan je familie, over hoe om te gaan met geweld in de familiekring, over een breuk met je familie, over persoonlijke zingeving, maar vooral over de zoektocht naar jezelf.

En wat betekent dat alles voor de rest van je leven?

 

Welkom op deze dag over dit bijzondere boek dat wereldwijd enorm in de belangstelling staat.

Een voorwaarde om deel te nemen aan deze dag is dat u het boek Leerschool van Tara Westover gelezen heeft. Het is uitgegeven bij De Bezige Bij, Amsterdam.

 

Datum              Vrijdag 8 november 2019 (10.30 – 16.00 uur)

Kosten              20 euro

Begeleiding      Wil van der Heijden en Kees Weel

De Joodse filosofe en activiste Simone Weil (1909-1943) haalde veel overhoop in de toentertijd gevestigde  wereld, of dat nu de industriële maatschappij, het onderwijs of de kerk was. Zij heeft zichzelf daarbij allerminst gespaard. Zij heeft zich indringend bezig gehouden met moeilijke zaken die in haar samenleving en kerkelijke context speelden. Haar groeiende affiniteit met de katholieke kerk laat zij gepaard gaan met scherpe kritiek. Haar intense Godsrelatie is daarbij uiteindelijk haar belangrijkste oriëntatie. ‘In deze wereld maar niet ván deze wereld’ is een rode draad in al wat zij doet en schrijft. Geen wonder dat  in onze cultuur waarvan de orde en rust tekenen van slijtage vertonen, haar teksten aan belangstelling winnen.

Aan de hand van haar vaak weerbarstige maar glasheldere teksten proberen we met elkaar te zien of en hoe haar intimiteit met onze God ook voor ons oriëntatie biedt.

 

Dagen               Drie zaterdagen (11.00 – 16.30 uur)

Data                  9 nov – 23 nov – 14 dec

Kosten              60 euro

Begeleiding     Frans Maas