Openingsavond van het nieuwe jaar bij het KCS Haarlem
Over het Magnificat van Bach: Een bevrijdend lied.
Er is in de loop der eeuwen een niet te tellen hoeveelheid liederen over Maria gedicht en op muziek gezet. Daartegen steekt het enige lied dat Maria zelf zingt slechts mager af: het Magnificat. Maar daarom is haar lied niet minder populair geweest en dat is het nog steeds. Velen, zowel vrouwen als mannen, voelen zich in het lied van Maria gesteund in hun strijd tegen de ongerechtigheid die mensen in onze wereld elkaar aandoen.
Ook Bach weet zich geraakt door Maria’s lied: de figuur van Maria en het latijn van de tekst hebben hem als protestant geenszins gehinderd tot het schrijven van een prachtige compositie, bedoeld om in feestelijke liturgievieringen te worden uitgevoerd. Wij mogen ons laten inspireren door de manier waarop Bach Maria haar geloven doet uitzingen. Wij luisteren naar de muziek en het verhaal eromheen.
Ad de Keyzer zal deze avond leiden. Hij is medewerker aan het Titus Brandsma Instituut in Nijmegen op het terrein van liturgische spiritualiteit.
Opgave per mail of brief.
Datum: Vrijdag 11 januari van 19.30 tot 21.30 uur
Kosten: € 5,-
Plaats : KCS, Parkstraat 1, 2011KJ Haarlem
Emailadres: info@kcs-haarlem.nl
Website: www.kcs-haarlem.nl
De spiritualiteit van Bachs Matthäus-Passion
Een uitroep van verlangen!
Al sinds enige jaren staat de Matthäus-Passion van Bach bovenaan de lijst van klassieke muzikale meesterwerken.
Bachs muziek geeft troost en kracht aan mensen die het nodig hebben. Maar zij geeft ook veel te overwegen!
Hoe is het mogelijk dat de Matthäus-Passion van J. S. Bach (1685-1750) zoveel mensen diep blijft raken? De Matthäus-Passion kun je vanuit verschillende gezichtspunten beluisteren. Een daarvan is de spiritualiteit. In de toonzetting van het lijdensverhaal van Matteüs weet Bach een geestelijke ruimte te openen waar de goddelijke en menselijke wereld elkaar raken. Bach is daarbij geholpen door de teksten die de Duitse dichter Picander hem aanreikte.
Wij willen die spirituele ruimte van Bachs Matthäus-Passion binnengaan en ons laten raken door wat tekst en muziek ons te zeggen hebben, aan de hand van verschillende fragmenten.
Ad de Keyzer, wetenschappelijk medewerker van het Titus Brandsma Instituut, houdt zich al meer dan twintig jaar bezig met de muziek van Bach en schreef het boek: Bachs grote Passie. Ontdek met hem op deze dag hoe tekst en muziek samen niets aan actualiteit hebben ingeboet. Van harte welkom!
Voor koffie en thee wordt gezorgd. Lunch graag meenemen.
Opgave per mail of brief.
Datum: Vrijdag 29 maart van 11.00 tot 16.00 uur
Kosten: € 20,-
Plaats : KCS, Parkstraat 1, 2011KJ Haarlem
Emailadres: info@kcs-haarlem.nl
Website: www.kcs-haarlem.nl
Misschien hoeven we maar een paar regels uit dit boek te lezen (al lezend met een potlood in de hand staat een bladzijde al snel vol onderstrepingen) en het gesprek kan starten. Want volgens Christian Wiman is een modern gelovige een zoeker. Vastgrijpen betekent laten ontglippen. Nieuwe taal zoeken is onvermijdelijk een queeste naar wat geloven kan behelzen.
Die zoektocht onderneemt Christian Wiman In het dagboekachtige Mijn heldere afgrond. Hij heeft geen antwoorden (“I don’t run a church”) op vragen over God. Hij zoekt en balanceert tussen wat onzegbaar is maar wat zich soms, onverwacht, ervaren laat. Poëzie helpt daarbij. Zo opent het boek met deze regels:
Mijn God mijn heldere afgrond
alle verlangen verdwijnt niet in uw zwarte gat
weer nader ik van wat ik weet de rand
niets kan ik geloven en toch geloof ik dat:
En dan begint het boek. Het boek eindigt ook met deze dichtregels, alleen staat er dan na de laatste regel een punt.
Mijn heldere afgrond is een uitwerking van wat in Wiman opborrelt
– als uit een verscholen bron – nadat hij verneemt levensbedreigend ziek te zijn. Hij kan niet anders dan zijn vragen over leven en dood te vertolken in het licht van wat hij als door God gegeven ervaart. Tegelijk beseft hij niets zeker te weten. Zo jongleert hij met woorden om ervaringen van vervreemding en waarheid, leven en sterven, onrust en lichtheid over te brengen aan zijn lezers.
In 2016 verscheen dit boek in Nederland, vertaald door Willem Jan Otten. Op de een of andere manier vertolkt Wiman een manier van gelovig zijn die lucht geeft zonder het zoeken op te schorten.
In november 2016 was Wiman zelf in Nederland te gast in De Balie in Amsterdam en bij DeZinnen in Den Haag en gaf daarbij verschillende interviews.
Mijn heldere afgrond is een zeer boeiend, maar niet een gemakkelijk boek. Dat maakt het heel geschikt om samen te lezen. Voor ons zal het voornaamste het onderlinge gesprek zijn over wat in ons opborrelt als we het boek lezen, iets waartoe de teksten ook voortdurend oproepen.
Om goed mee te kunnen doen is het nodig het boek ter beschikking te hebben. Hierbij de boekgegevens:
Christian Wiman, Mijn heldere afgrond. Overpeinzingen van een modern gelovige. (Vert. Willem Jan Otten).
Uitg. Brandaan, Barneveld 2016. ISBN 978 94 6005 035 0 NUR 700/728
Deze cyclus bieden we opnieuw aan. De interesse was vorig jaar zo groot dat we belangstellenden moesten teleurstellen. Mijn heldere afgrond bleek zeker ook voor herhaling vatbaar vanwege de mooie en diepgaande gesprekken die de bijeenkomsten afgelopen voorjaar opleverden. Nu dus een nieuw aanbod met deels ook nieuwe begeleiding.
Dagen Vijf woensdagen (13.30 – 16.00 uur)
Data 10 okt – 24 okt –7 nov – 21 nov – 12 dec.
Kosten 50 euro
Begeleiding Wil Simis-Goddijn en Riet Spierings
In winkels met religieuze literatuur mijd ik instinctief boeken die het woord ‘liefde’ in de titel dragen. (Tomáš Halík)
“Het belangrijkste thema van dit boek is de liefde. Er zijn maar weinig woorden die zo uiteenlopend geïnterpreteerd kunnen worden als de woorden ‘God’ en ‘liefde’.” Zo begint Tomáš Halík zijn ‘voorlopige reisverslag’ van deze spirituele zoektocht naar liefde.
De slotalinea van zijn reis naar hoe je God, jezelf, de ander, je vijand en de wereld lief kunt hebben, luidt: “In de liefde zijn wij het meest onszelf. In de liefde zijn wij menselijk, het aller menselijkst. Maar juist en alleen daar waarin wij het diepst, volledig en tot aan de rand menselijk zijn, al te menselijk zelfs, toont en geeft zich aan ons dat wat het menselijke overstijgt.” Tussen deze twee alinea’s nodigt de schrijver ons uit het door het vele gebruik versleten woord ‘liefde’ als nieuw te beleven en te omarmen.
Tomáš Halík (1948) groeide op in het toenmalige Tsjecho-Slowakije, waar het atheïsme de staatsgodsdienst was. Hij bekeerde zich op zijn 18e tot het christelijk geloof. Van zichzelf zegt hij dat hij na een ‘lange en intensieve weg naar het christelijk geloof toe getwijfeld is’. Hij was een jaar- en studiegenoot van Jan Palach, de student die zichzelf op 16 januari 1969 in brand stak uit protest tegen de Sovjetbezetting. Op 30-jarige leeftijd werd Halík tijdens het communistische regime in het geheim tot priester gewijd. Zelfs zijn moeder was niet op de hoogte van zijn werk in de ‘ondergrondse kerk’. Naast zijn illegale activiteiten oefende hij het beroep uit van psychotherapeut voor alcohol- en drugsverslaafden. Halík was een vriend van Václav Havel en werd een van zijn adviseurs toen Havel president werd. Tegenwoordig is hij pastoor van de studentengemeente en hoogleraar filosofie en sociologie in Praag.
De titel van zijn boek gaat uit van de ‘definitie van de liefde’ die aan Augustinus wordt toegeschreven: amo: volo, ut sis (‘Ik heb lief – dat betekent: Ik wil dat jij bent). Halík wil deze definitie verrijken met de liefde van en voor God en met de liefde voor de vijand.
Hij verdiept het beeld van de liefde tot een gebeuren waarin de mens zichzelf overstijgt of over zijn eigen grenzen wordt getrokken, een gebeuren waarin de mens ophoudt zichzelf als middelpunt te zien en zich openstelt voor het verlangen, voor ‘ik wil dat jij bent’. Thematisch en inhoudelijk sluit het boek aan op Geduld met God, waaraan in 2015 een cyclus is gewijd.
Op een zestal middagen willen we door gezamenlijke bespreking van dit ‘reisverslag’ de ervaring en het zoeken van Tomáš Halík beter verstaan en tegelijk onze eigen ervaring en ons eigen zoeken op het spoor komen. We proberen de grote woorden te koppelen aan onze dagelijkse ervaringen en zoeken ‘naar inspiratie en bemoediging voor onderweg’.
* Tomáš Halík, Ik wil dat jij bent. Over de God van liefde, Vertaling: Petra Prins-Mikulková en Dirk Prins, Boekencentrum, Utrecht 2017, ISBN 978 90 239 7135 1
Dagen Zes vrijdagen (14.00 – 16.30 uur)
Data 28 sep – 12 okt – 26 okt – 9 nov – 23 nov – 7 dec
Kosten 60 euro
Begeleiding Lia Vergouwen en Vic Bos
Leonard Cohen: Zo kan het Licht erin
Open avond op het Karmelitaans Centrum voor Spiritualiteit en Levensverdieping in Haarlem op vrijdag 12 januari 2018
De dichter en zanger Leonard Cohen (1934-20016) heeft prachtige liederen gemaakt over zijn levenslange zoektocht naar zin, wijsheid en licht. Soms viel de duisternis hem zwaar. Als de naam Leonard Cohen niet bekend is dan zijn het zijn liederen wel. Veel melodieën zullen direct bekend klinken. Beroemde nummers zijn Suzanne (1967), So Long, Marianne (1967) en Hallelujah (1984).
We luisteren op deze avond naar het verhaal van zijn leven via zeven liederen. Zijn concerten waren spirituele belevenissen. Ook deze avond heeft de sfeer van bezinning en bezieling.
Frank Kazenbroot gevangenispastor in Rotterdam, verzorgt deze lezing en luisteravond.
Deze avond wordt u gratis aangeboden als start van het voorjaarsprogramma 2018. U dient zich wel op te geven.
We beginnen om 19.00 uur en eindigen 21.30 met het heffen van het glas op het nieuwe jaar.
Plaats: Parkstraat 1, 2011KJ Haarlem
Opgave: info@kcs-haarlem.nl of 023 5274675
Narziss en Goldmund, een veelkleurige vriendschap
Over het boek Narziss en Goldmund van Hermann Hesse
Een nieuwe loot aan de rijke boom die het KCS probeert te bieden in dit nieuwe jaarprogramma is de Leesclub KCS, waarin we twee romans gaan lezen: Narziss en Goldmund van Hermann Hesse en De vlucht van Jesús Carrasco.
Het eerstgenoemde boek staat in het najaar op het programma en het tweede in het voorjaar. U mag aan beide dagen deelnemen of aan een van de twee. Voorwaarde is wel dat U het betreffende boek gelezen heeft.
Dit najaar starten we met de oude klassieker Narziss en Goldmund, die voor het eerst in 1930 is uitgegeven, zeer populair was in de jaren zestig en nu nog steeds gelezen en herlezen wordt. Het is een soort oerboek over vriendschap. In dit geval tussen twee heel verschillende mannen: Narziss, de monnik, de bedachtzame intellectueel en zoeker naar stilte en diepte en Goldmund, de gevoelsmens, reiziger, kunstenaar en zoeker.
Alle mooie en moeilijke kanten in een vriendschap komen rijkelijk aan bod. Ook de zorg die je als vrienden voor elkaar hebt, een vriend als de behoeder van je hart.
Tegelijk vertegenwoordigen Narziss en Goldmund in hun karakter en temperament twee kanten die we vaak beide ook in onszelf terugvinden. Hesse plaatst ze niet tegenover elkaar, maar laat zien dat de weg die je gaat moet aansluiten bij je karakter, je temperament, je wezen. Zo worden in het boek ook twee zoektochten door het leven beschreven: de ene weg die voert door de wereld met alle mogelijke risico’s en gevaren, de andere meer rustige weg die naar de binnenwereld en de boeken leidt.
In een gesprek met Goldmund geeft Narziss het iets anders weer, namelijk als een zoektocht waarbij ze ieder op een andere wijze God ontmoeten: Wij denkers proberen dichter bij God te komen door de wereld van hem los te maken. Maar jij Goldmund komt dichter bij hem door zijn schepping lief te hebben en opnieuw te scheppen.
In de zwerftocht van Goldmund speelt ook het zoeken naar het beeld van zijn overleden moeder een belangrijke rol.
Kortom een verhaal over vriendschap, liefde en schoonheid dat zich afspeelt in de Middeleeuwen, maar dat door de universele menselijke thema’s in iedere tijd aanspreekt.
We staan deze dag stil bij de passage die je het meest aanspreekt, bij degene in wie je het meeste van jezelf herkent en die je het meest inspireert.
Wie zich voor het eerst of nogmaals in deze twee meesterlijke figuren wil verdiepen is van harte welkom.
Het boek is zowel nieuw (uitg. De Bezige Bij) als tweedehands te verkrijgen en tevens als e-book.
Datum Vrijdag 17 november (10.30 – 16.00 uur)
Kosten 20 euro
Begeleiding Wil van der Heijden en Kees Weel
Trouw, je zult er spijt van krijgen. Trouw niet, je zult er eveneens spijt van krijgen. Trouw wel of trouw niet, je zult van allebei spijt krijgen. Of je trouwt, of je trouwt niet, van allebei krijg je spijt.
Dít citaat van Søren Kierkegaard (1813-1855) staat in een van zijn boeken Of/of. Wat weet hij van de liefde? Veel mensen weten van hem, dat hij verliefd is geweest op en verloofd met Regine Olsen en dat hij de verloving verbroken heeft en ongetrouwd is gebleven. Door haar heeft hij meer dan menig ander nagedacht en geschreven over de liefde.
In Kierkegaards boek Wat de liefde doet vinden we veel inspirerende en opbouwende gedachten. Hij heeft het over de oorsprong en het wezen van de liefde, over allerlei eigenschappen van de liefde in het dagelijks leven, over verwachtingen die je hebt, hoe je vertrouwen en hoop kunt hebben en hoe in uitzichtloze situaties een begaanbare weg mogelijk is. In Wat de liefde doet gaat het om de goddelijke liefde die bron en grond is van de menselijke liefde. De liefde is niet de ‘eros’ of de ‘begeerte’, gericht op de specifieke ander, maar de christelijke naastenliefde, die álle mensen op het oog heeft, ook de vijand. De door hem ontwikkelde gedachten zijn rijk aan inhoud, niet alleen in religieus en christelijk opzicht, maar ze zitten ook vol psychologisch inzicht in de gestalten van de liefde in de dagelijkse praktijk van het leven.
We lezen op het KCS al een groot aantal jaren uit de werken van Kierkegaard. Het is verwonderlijk dat niet alleen bij ons maar over de hele wereld deze filosoof, theoloog en psycholoog nog steeds wordt gelezen en dat hij voor velen een inspirator is om een weg, een levensweg te vinden in onze vaak ondoorzichtige en chaotische wereld.
Kierkegaard leefde in de eerste helft van de negentiende eeuw, maar zijn gedachten zijn heel vaak direct van toepassing op de problemen van onze eeuw. Velen hebben dan ook op zijn psychologische inzichten voortgebouwd, ook in de psychoanalyse. Op filosofisch gebied wordt hij wel gezien als de vader van het existentialisme.
Steeds blijkt weer hoe vruchtbaar het is om Kierkegaard in groepsverband te lezen. Dat komt omdat hij niet erg gemakkelijk schrijft. Samen lezen en de leeservaringen met elkaar delen heeft dan het voordeel dat de rijkdom van zijn teksten een veelkleurig en gelaagd bouquet oplevert.
In vijf bijeenkomsten willen we samen Kierkegaard lezen en met elkaar in gesprek gaan. We proberen zijn tekst in onze eigen ervaring en in onze eigen situatie te verstaan. Bij deze tekstlezing gebruiken we: Søren Kierkegaard, Wat de liefde doet. Een aantal christelijke overwegingen in de vorm van toespraken, Vertaling en verklarende noten van Lineke Buijs en Andries Visser, Uitgeverij Damon, Budel, € 34,90, ISBN 978 90 5573 784 0.
Dagen Vijf woensdagen (14.00–16.30 uur)
Data 28 jan – 11 feb – 25 feb – 11 mrt – 25 mrt
Kosten 50 euro
Begeleiding Riet Spierings en Krijn Kramer
Vonne van der Meer en Willem Jan Otten zijn beiden schrijver en bovendien samen een echtpaar. Vonne van der Meer schrijft voornamelijk romans, Willem Jan Otten schrijft poëzie en romans, maakte toneelbewerkingen en kreeg voor zijn essays de P.C. Hooftprijs 2014.
In 2013 schreef Vonne van der Meer over offer en inzicht Het smalle pad van de liefde*; een verhaal rond overspel en het mozaïek van de scherven.
Soms kostte het haar veel moeite iets te doen of te laten voor een ander en dan trok ze zich even terug, in een kamer of in zichzelf. Dan deed ze haar ogen dicht en haalde diep adem. Stamelde een vraag, vroeg om kracht bij wat ze wilde maar nog niet op kon brengen (…) en Ze ontwaakt niet meer met het schamele gevoel dat haar iets is afgenomen (…) Ze is trots op hem en zichzelf. Maar dan…
Een paar jaar eerder dichtte Willem Jan Otten de vertelling De vlek** over misverstand en lot, rond een verwisseling van medische foto’s en de spiegels die toen braken.
Je ziet de vlek en kreunt: dus toch
en als de dokter zwijgt: klaar ben je,
ik hoor het je zeggen,
Niet dus, maar anders en dan…
De twee boeken gaan niet over elkaars onderwerp; en het eerste is een roman, het tweede een prozagedicht. Maar beide boeken gaan wel ook over elkaars thema’s en zoeken een levensbeschouwelijke bedding voor de menselijke ervaring, een samenhang voor de levensliedjes van mensen.
En dan de verrassing. Want gelukkig en je zou het na deze zinnen niet verwachten, maar bij dit alles zijn de verhalen eigenlijk niet echt topzwaar geworden maar soms zelfs verrassend licht.
Het is spannend om de twee boeken – op zichzelf het lezen en bespreken meer dan waard – ook met elkaar in verband te brengen, om vanuit het leven naar de liefde te kijken en de dood en vooral om te zien hoe het goede eruit ziet in het licht vanuit het schone bezien.
*Vonne van der Meer, Het smalle pad van de liefde, Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen 2013, ISBN 978 90 254 4123 4.
**Willem Jan Otten, De vlek. Een vertelling, Uitgeverij Van Oorschot, Amsterdam 2011, ISBN 978 90 282 4231 9.
Dagen Vijf dinsdagen (14.00–16.30 uur)
Data 3 feb –17 feb − 3 mrt − 17 mrt – 31 mrt
Kosten 50 euro
Begeleiding Janneke Krijger en Cees Savelkouls
Filmverhalen vertonen grote overeenkomsten met wat we van oudsher ‘mythen’ noemen. In films komen we, zoals de beroemde mytholoog Joseph Campbell het noemde, ‘de held(in) met de duizend gezichten’ tegen. Er wordt in drie fasen een klassieke spirituele weg afgelegd: uit je eigen wereld vertrekken, ingewijd worden in een andere wereld en getransformeerd weer terugkeren in je eigen wereld met een spirituele boodschap voor de mensheid. De avonturen van helden en heldinnen, groot en klein, in mythen en films spreken ons zo aan, omdat ook wij zelf meerdere malen in ons leven spirituele transformaties doormaken. Zo worden we niet zonder slag of stoot van kind een puber en van volwassene een oudere. Ook ondergaan we tijdens ons leven ingrijpende veranderingen in de ons omringende natuur en cultuur. Die veranderingen dagen ons uit oude paden te verlaten en nieuwe wegen te zoeken. Ze vergen heldenmoed, omdat we nooit weten hoe het zal aflopen. De kans op een tragedie is nooit ver weg.
In deze filmcyclus volgen we de avonturen van drie heldinnen, die de strijd aangaan om een weg te zoeken uit de barre omstandigheden waarin ze verkeren. Ongeacht de verschillen in leeftijd en karakter hebben ze gemeen dat ze vooral een nieuwe spirituele zin moeten zien te vinden in de natuur en de cultuur die hen omringt. Voor Hushpuppy uit Beasts of the Southern Wild is de natuurlijke omgeving haar al eigen, maar omdat die ten onder dreigt te gaan, moet ze op zoek naar een nieuwe culturele identiteit. Voor de naamloze vrouw uit Die Wand is de natuur haar wezensvreemd en moet ze zich die juist eigen leren maken. Voor Ada uit de klassieker The Piano bestaat de kunst eruit te ontdekken dat de natuur eigenlijk altijd al haar eigen natuur was. De spirituele transformatieprocessen van de drie heldinnen kennen overduidelijk een tragische kant. Er staat veel op het spel en ze verliezen gaandeweg veel. Maar ze vinden ook hun ware aard en wezen.
Beasts of the Southern Wild
We beginnen in Noord-Amerika. En we vertrekken met de zesjarige Hushpuppy op een magisch-realistische reis door een snoeiharde werkelijkheid. Hushpuppy leeft met haar alcoholistische vader in boskolonie The bathtub in het zuiden van Louisiana, in de Missisippidelta. Hoewel Hushpuppy op een leeftijd is dat alles nog een avontuur zou moeten zijn, is ze slim genoeg om te zien dat haar wereld aan het veranderen is. Moeder was al ‘weggezwommen’ en vader gaat misschien binnenkort ook dood. Bovendien is er een zware storm op til. In haar verbeelding ziet Hushpuppy enorme beesten losbreken uit het poolijs en over de vlaktes denderen. Als dan de aangrenzende stad ook nog de kolonie onder water zet, waardoor alle planten sterven en de bewoners van De badkuip geëvacueerd worden, dan weet ze zeker dat er iets goed mis is: Alles in het universum is afhankelijk van elkaar. Als een stukje kapotgaat, al is het het kleinste stukje, gaat het hele universum kapot. Dit inzicht maakt haar wakker. Ze gaat op pad, samen met andere kinderen. Het wordt een magische reis, een spirituele zoektocht naar haar moeder, naar hun moeder, naar de moeder van alle levende wezens.
Beasts of the Southern Wild is een enerverend sprookje over het zoeken van een kind naar een nieuw thuis. In haar stukje wildernis leven de bewoners van De badkuip in hutten op palen, opgetrokken uit stukken hout en platen, afval van de beschaafde wereld. Met wat kleinvee en kreeften en garnalen, die ze vangen in de zeearmen, voorzien ze in hun levensonderhoud, wetende dat overstromingen hun slachtoffers opeisen. Liever leven ze zo dan ingekapseld te worden in het moderne leven met zijn huizen, scholen en ziekenhuizen. Aanvankelijk denk je: deze mensen leven als beesten, als de vissen die ze vangen of als de kippen die ze opeten. Totdat je misschien gaat denken: beseffen deze mensen niet beter dan wij, ‘beschaafden’, wat het betekent om in harmonie te leven met de natuur, dus ook onze eigen natuur?
Die Wand
‘Het kon niet waar zijn. Zulke dingen gebeurden niet. En als ze al gebeurden, dan niet in een klein bergdorp, niet in Oostenrijk. Niet in Europa.’ Je begrijpt de verbijstering van de heldin uit Die Wand van regisseur Julian Pölsler uit 2013, als ze midden in de bergen, met uitzicht op bossen, meren en gletsjers, vast komt te zitten achter een onzichtbare muur. De film speelt zich een paar jaar na deze apocalyptische catastrofe af. Ze zit aan een tafel in een donkere jachthut en schrijft op hoe ze op die plek strandde en tot nu toe wist te overleven. Alleen in de voice-over is haar stem te horen; alleen in de flashbacks houdt de trouwe hond Luchs haar gezelschap in de opperste momenten van wanhoop.
Eenzame opsluiting achter een onzichtbare wand, terwijl de rest van de wereld lijkt stil te staan. Het brengt haar tot filosofisch-spirituele vragen over de zin van haar bestaan. Maar die vragen laten zich moeilijk beantwoorden wanneer je tot niets anders komt dan simpelweg zien te overleven. Na een korte periode van woede, onbegrip en wachten op redding, beseft de vrouw dat de toestand blijvend is. En dan begint het overleven. Samen met een hond, een koe en een kat, bouwt ze een bestaan op van landbouw en jacht. Langzaam verdwijnt de stadse vrouw, die ze was. De blaren op haar handen in het eerste jaar worden eelt in het tweede jaar. Het in prachtig weidse shots gevangen landschap is daarbij zowel vriend als vijand. Idyllisch mooi, maar ook verwoestend desolaat.
Bespiegelingen over de dood en je plaats in de natuur, ontroerende liefdesverklaringen aan de hond, Die Wand omvat het allemaal en nog veel méér – maar dan wel zo zinnelijk dat je de natuur bijna ruikt en voelt hoe het is om als allerlaatste mens op aarde naar de sterren te kijken. Een bijna hypnotiserende kijkervaring. Wat de diepere betekenis van de muur is en of de vrouw in haar afgesneden deel van de werkelijkheid verloren is of juist zichzelf herontdekt, dat mag de toeschouwer zelf bepalen.
The Piano
‘Uit het creatieve water wordt alle leven geboren’. Dit zou het motto kunnen zijn van de filmklassieker The Piano uit 1993 van Jane Campion. In deze film moet onze heldin Ada het samen met haar onwettige dochter zien uit te houden in een wereld die door mannen wordt gekoloniseerd. Dat doet ze door zich terug te trekken in haar eigen stilte. Ada leeft in Victoriaans Schotland halverwege de 19de eeuw. Als kind weet ze instinctief dat ze niet in contact kan treden met deze cultuur. Ze besluit te stoppen met spreken. In de film horen we dan ook in voice-over alleen haar innerlijke stem.
Als ze wordt uitgehuwelijkt aan Stewart, een kolonist in Nieuw-Zeeland, vertrekt ze op voorwaarde dat ze haar piano mag meenemen, het enige instrument waarmee ze zichzelf kan uitdrukken. Bij aankomst begrijpt Stewart dit niet en laat de piano achter op het strand. Ada raakt meteen vervreemd van hem. Zijn vriend Baines wordt echter zo geroerd door haar muziek dat hij de piano naar zijn huis laat brengen in ruil voor 300 hectare grond en pianoles van Ada. De twee worden verliefd op elkaar, maar omdat de hele zaak gebaseerd is op ruilhandel, besluit Baines Stewart de piano terug te geven. Ada keert echter terug naar Baines en als Stewart dat ontdekt wordt hij gewelddadig en ontbindt het huwelijk. Samen met haar dochter, Baines, de piano en met Maori’s als roeiers vertrekt ze per boot. Maar dan komen er donkere gedachten in haar op. Samen met haar piano gooit ze zich overboord. Tot ze tot haar eigen verbijstering in de diepte van de zee weer kiest voor het leven.
De spirituele boodschap is duidelijk: de mannelijke koloniale cultuur, gesymboliseerd door Stewart, houdt de vrouw, ja zelfs moeder natuur, gevangen en buit haar uit. In The Piano vindt een clash plaats tussen de cultuur van de Verlichting en die van de Romantiek. Maar, zoals de Maori’s en Baines en Ada weten, behoort de natuur zichzelf toe en is ze heilig.
Dagen Drie zaterdagen (11.00–16.30 uur)
Data 7 feb – 21 feb – 7 mrt
Kosten 60 euro
Begeleiding Marjeet Verbeek en Wilbert Sentenie
Het is een glorieuze bestemming een lid van het menselijk ras te zijn, hoewel het een ras is dat tot vele absurditeiten en verschrikkelijke vergissingen is gedoemd.
(Thomas Merton, 18 maart 1958)
In zijn honderdste geboortejaar lezen we het werk van schrijver, dichter en monnik Thomas Merton (1915-1968). Merton is boeiend, verrassend en nog altijd hoogst actueel. We maken kennis met een man die in zijn leven een houding cultiveerde van waakzame aandacht om op een vruchtbare manier inhoud te geven aan zijn zoekend bestaan. Zo wordt hij zich bewust van zijn plaats in het grote geheel. Op die eigen plek onder de hemel buigt Thomas Merton zich naar binnen, trappist én wereldburger, leeg én vervuld, zwijgend én sprekend, eenzaam én verbonden met de wereld en de mensen om hem heen. Een monnik bij wie contemplatie en actie zijn als in- en uitademen.
In zijn werk ontmoeten we een mens die ons veel facetten van zijn persoon laat zien: een denker, een brief- en dagboekschrijver, een poëet, een kunstenaar, een natuurbeschouwer, een zoeker, een vriend en een vreemdeling. Een mens wiens voornaamste bezigheid erin bestaat te leven en wiens woorden steeds zijn eigen beleving en ervaring weerspiegelen.
Merton uit zich o.a. als een kritisch contemplatief die openstaat voor God en wereld, als een warm voorstander en pionier van de interreligieuze dialoog en als een hartstochtelijk advocaat van gerechtigheid en vrede. Vele van zijn kritische waarnemingen en beschouwingen zijn nog steeds toepasselijk op de huidige toestand. Enkele korte fragmenten voor een indruk.
Heer, mijn God, / ik weet niet waar ik heen ga. / Ik ken de weg niet die voor me ligt. / Ik kan niet met zekerheid zeggen / waar hij zal eindigen. (1958)
Het is heerlijk plots te ontwaken in de eenzaamheid van de bossen en naar de lucht te kijken en de volslagen onzin van alles in te zien, zelfs van de hoogdravende spiritualiteit van de experts in het geestelijk leven en dan gewoon in lachen uit te barsten en te lachen om de lucht en de bomen, want God is niet te vangen in woorden of in systemen, ook niet in liturgische plechtigheden, zelfs niet in ‘contemplatie’ met een hoofdletter of in ascese of iets dergelijks en evenmin in het apostolaat. Heel zeker ook niet in boeken. Ik kan rustig doorgaan met schrijven, al zou men van mijn boeken evengoed papieren vliegtuigjes kunnen maken. (18 september 1958)
Mag ik wel zeggen dat ik een antwoord heb gevonden op de vragen die de mensen van onze tijd kwellen? Ik weet niet of ik wel antwoorden heb gevonden. Toen ik pas monnik was, was ik veel zekerder van ‘antwoorden’. Maar naarmate ik ouder word in het monastieke leven en verder doordring in de eenzaamheid, word ik er mij van bewust dat ik pas begonnen ben met het zoeken naar de vragen. (21 augustus 1967)
Aan de hand van een aantal highlights uit het werk van Thomas Merton en het boek van Kick Bras Leven met Thomas Merton* proberen we op het spoor te komen van een levenshouding die bij ons persoonlijke en maatschappelijke leven past. We lezen deze teksten met de bedoeling ons ermee uiteen te zetten en ons te laten raken, ook als hetgeen ons treft weerbarstig en paradoxaal is of haaks staat op wat wij menen te weten.
*Kick Bras, Leven met Thomas Merton. Wegwijzer naar vrijheid, Uitgeverij Meinema, Zoetermeer 2003, 134 blz., ISBN 90 211 3936 7. Voor de highlights zijn er aan het begin van de bijeenkomsten kopieën beschikbaar.
Dagen Vier donderdagen (14.00–16.30 uur)
Data 30 apr– 21 mei– 28 mei– 11 juni
Kosten 40 euro (vrijwilligers van Stem in de Stad en Groenmarktkerk 10 euro)
Begeleiding Jetske Nicolaas en Kick Bras