Wanneer die inzichten, die ik me achter m’n bureau, in omgang met de edelste geesten, verover, niet doordringen tot in de kleinste dingen van het dagelijkse leven, wanneer niet iets van het grote besef over menselijke waarden, tot in de verst verwijderde ademtocht doordringt, dan heeft dat ‘geestelijke leven’ (…) geen betekenis. (Etty Hillesum, 10 juni 1942)

 

‘Opnieuw’ in de geschriften van Etty Hillesum lezen vanwege haar honderdste geboortejaar (Middelburg, 15 januari 1914) en vooral omdat ‘wat zij schrijft’ nog altijd brandend actueel is en eigentijds. Etty is een jonge, joodse vrouw, die volop bezig is zichzelf te ontdekken wanneer de tweede wereldoorlog uitbreekt. In haar dagboek en haar brieven laat zij openhartig zien hoe intens ze zoekt naar de zin van het leven en hoe ze worstelt om alles, het mooie én het absurde, een plaats te geven in haar bestaan. Gaandeweg wordt haar keuze voor verzet én lotsverbondenheid met haar volk duidelijker. Op 7 september 1943 wordt zij met haar ouders en haar broer Mischa vanuit het deportatiekamp Westerbork getransporteerd naar het concentratiekamp Auschwitz in Polen. Haar oudste broer Jaap volgt enkele weken later. Volgens het Rode Kruis sterft Etty enkele maanden later op 30 november.

 

26 Augustus (1941), Dinsdagmiddag

Binnen in me zit een heel diepe put. En daarin zit God. Soms kan ik erbij. Maar vaker liggen er stenen en gruis voor die put, dan is God begraven. Dan moet hij weer opgegraven worden.

 

23 Juli (1942), Donderdagavond, 9 uur

Toen ik gisterenavond dat grote eind door de regen gelopen had met die blaar onder aan m’n voet, ben ik toch op het eind nog een straatje omgelopen om een bloemenkar te zoeken en ik kwam met een grote bos rozen thuis. En daar staan ze. Ze zijn net zo werkelijk als al de ellende, die ik op een dag meemaak. Er is voor veel dingen plaats in één leven. En ik hèb zoveel plaats, mijn God.

 

Uit de brieven die Etty Hillesum vanuit het doorgangskamp Westerbork schrijft, blijkt hoe zij in die barre werkelijkheid met beide benen op de grond is komen te staan.

 

Westerbork, 24 Augustus, 1943

Als ik denk aan die gezichten van het groengeüniformeerde, gewapende begeleidingspeloton, mijn God, die gezichten! Ik heb ze stuk voor stuk bekeken, verdekt opgesteld achter een venster, ik ben nog nooit van iets zo geschrokken als van deze gezichten. Ik ben in de knoei geraakt met het woord, dat het leidmotief van mijn leven is: En God schiep de mens naar Zijn Evenbeeld. Dat woord beleefde een moeilijke ochtend met mij.

 

Op acht donderdagmiddagen wisselen we uit wat ons in het werk van Etty Hillesum het meest heeft geraakt. In gesprek met elkaar hopen we door te dringen tot wat haar bezielt en tot de levenskracht die ons beweegt.

Bij de tekstlezing gebruiken we: Etty. De nagelaten geschriften van Etty Hillesum 1941 – 1943, Onder redactie van Klaas A. D. Smelik, Uitgeverij Balans, Amsterdam 1986, 20085 , ISBN 978 90 5018 812 8; of de zesde druk (20126) met nieuwe titel: Etty Hillesum. Het werk 1941-1943, ISBN 978 94 600 3575 3. De nummering van de pagina’s van beide uitgaves komt overeen.

 

Dagen             Acht donderdagen (14.00–16.30 uur)

Data                18 sep –2 okt –16 okt –30 okt – 13 nov – 27 nov – 11 dec – 18 dec

Kosten            80 euro

Begeleiding    Lia Vergouwen en Vic Bos

Hildegard van Bingen leefde van 1098 tot 1179 in het Rijnland, was benedictines en abdis van een klooster. Ze componeerde muziek en schreef omvangrijke boeken over de visioenen die zij zag. Het zijn vooral haar gezangen die aanspreken en die een goede basis vormen om met Hildegard kennis te maken of om juist tot een verdere verdieping te komen van wat zij ons te bieden heeft.

 

Al luisterend naar haar muziek proberen we de prachtige liedteksten, die ook van haar hand zijn, tot ons te laten doordringen. Wat roept haar op muziek gezette poëzie bij ons op? Het is een spannende onderneming om de beelden en woorden van haar visioenen daarbij te betrekken en te ervaren wat deze bijzondere vrouw eigenlijk bezielde en hoe zij in haar diepste wezen ook zelf steeds bleef cirkelen om de geheimen Gods.

 

We kiezen juist gezangen die wat betreft hun thematiek en in combinatie met haar visioenen en geschriften aan betekenis winnen. Er zijn diverse thema’s te ontwaren: de schepping, de eeuwigheid, de voor Hildegard speciale viriditas (groene groeikracht) in combinatie met Maria, de incarnatie en de heilige Drie-eenheid.

 

Hildegard schreef ook gezangen ter gelegenheid van de inwijding van kerken in de wijde omgeving. Deze gelegenheidsgezangen zijn er echter niet minder om en zeggen veel over haar persoonlijk leven en haar vrouw-zijn in die tijd.

 

Tenslotte zullen we ook naar een gedeelte van het speciale zangspel van Hildegard luisteren, dat de naam Ordo Virtutum (rei der deugden) draagt. Dit zangspel werd destijds op het voorplein van haar klooster opgevoerd. De ongelukkige ziel is soms het spoor bijster, krijgt allerlei tegenslagen te verduren, maar bereikt toch op wonderbaarlijke manier haar bestemming.

 

Dagen             Drie dinsdagen (14.00–16.30 uur)
Data                23 sep – 14 okt – 28 okt
Kosten            30 euro
Begeleiding    Tony Lindijer en Joanne Kruijswijk Jansen

 

Ron Fricke typeert zijn documentaire Samsara uit 2011 als ‘een non-verbale, geleide meditatie over de kringloop van geboorte, dood en wedergeboorte’. Samsara is Sanskriet voor ‘onafgebroken stroom’, ‘continue beweging’. Vaak wordt het vertaald met ‘cyclus van het bestaan’, ‘eeuwig draaiende rad van het leven’ of ‘wiel van het lijden’. ‘Het leven is lijden’, zei de Boeddha. We kennen immers vreugde maar ook pijn. Waarom? Omdat alles in dit leven vergankelijk is. We kunnen niets vasthouden, wat we ook proberen. En als we het wel proberen, keert het zich juist vaak tegen ons. Van belang is dus dat we leren die vergankelijkheid met onze eigen ogen te zien om ze vervolgens onder ogen te zien. En juist daartoe nodigt de documentaire Samsara uit.

 

Samsara is geen traditionele documentaire. Het is een 100 minuten durende overweldigende beeldenreeks, ondersteund door een passende soundtrack, zonder dialoog of voice-over. Bijna vijf jaar trok Fricke rond met zijn 70mm camera, om in 25 landen de spectaculaire, soms intieme of verontrustende taferelen te filmen, die in Samsara aan het (geestes)oog voorbijtrekken. Een slapende baby gaat een beeldenrijm aan met een rimpelig veenlijk. De ene woestijn, tempel, waterval of megapolis versmelt door montage met de andere. Tibetaanse keelzang klinkt samen met regenachtig getik op laptops. We zien vele kleurige massascènes. Dankzij het gebruik van time-lapse, het razendsnel afspelen van minutenlange opnamen waardoor drukke snelwegen in lichtstralen veranderen en wolken als golven voorbijrazen, veranderen de pelgrims die in Mekka rond de Kaäba lopen in een duizelingwekkende draaikolk. Verbluffende, haarscherpe beelden zijn het, die je letterlijk anders naar de wereld doen kijken.

 

Fricke neemt ons mee langs heilige plaatsen, rampgebieden, industriële landschappen, primitieve culturen en natuurwonderen. Op sommige momenten is de film breekbaar zacht. Bijvoorbeeld als een getatoeëerde vader lieflijk naar zijn pasgeboren kind in zijn armen kijkt. Op andere momenten is de film pijnlijk confronterend, zoals bij de beelden van seks- en bio-industrie of van krottenwijken. Je wilt je afwenden maar je beseft: ook dit is het leven. Dit zijn wij.

 

Samsara leidt ons van gedachtestroom naar gedachtestroom, waarbij het niet gaat om een oordeel, maar om het zien van de wereld in al zijn scheppende en vernietigende kracht. Je houdt er een gevoel aan over van het perpetuum mobile. Oftewel: van Samsara. Als je daar rust in weet te vinden dan is Frickes nieuwste beeldenstroom pure kunst waaraan je je kunt overgeven.

 

Dag                Zaterdag (11.00–16.30 uur)
Datum            27 september
Kosten           20 euro
Begeleiding   Marjeet Verbeek en Wilbert Sentenie

 

Ik heb gezocht naar wist ik maar wat.
Geef mij nu eindelijk

wat ik altijd al had.

 

Eén van de bekendste dichters uit Vlaanderen is Herman de Coninck (1944-1997). Te vroeg gestorven, nog maar 53 jaar. Zijn leven lang zocht hij naar een omschrijving van wat poëzie in wezen is. Waarschijnlijk vermoedde hij dat het iets heel groots was, net als het leven zelf. Misschien wel zo groot …

als vingerafdrukken

op het venster, waarachter een kind dat niet kan slapen

te wachten staat op dag.

 

Hij dichtte heel dicht bij het leven; bij zijn eigen leven ook. Een lyricus pur sang. Maar peinzend ook en als zijn vriend Rutger Kopland soms. Bijvoorbeeld toen die in zijn in memoriam-gedicht voor Herman de poëzie omschreef als het geluk om een paar woorden / te vinden die even bij elkaar wilden horen.

 

Maar steeds als hij in de buurt van een conclusie kwam, behoedde zijn gevoel voor poëzie hem ervoor om het op te schrijven.

Het is een soort niets dat ik zoek. Wat je overhoudt

als je uit de kom van je beide handen hebt willen drinken:

je beide handen.

 

Dat gevoel voor omgaan met proporties kenmerkt ook zijn poëzie. Wat groot oogt, bracht hij terug tot een ontroerende miniatuur. Wat te klein lijkt voor een gedicht, groeide onder de pen van de dichter uit tot de essentie van de dingen.

 

De Coninck lijkt gemakkelijk te dichten, maar misschien is dat niet altijd zo. En de gedichten zijn ook gemakkelijk toegankelijk, maar tegelijk is er veel meer dan je er zo op het eerste gezicht aan afziet.

 

In een selectie van gedichten willen we meemaken wat Leonard Nolens schrijvend over de Coninck bedacht in zijn gedicht Klein:

Ook ik moet mijn gezicht vergeten.

Ook ik moet met geen vorm en geen gewicht

het diep in van een ander land.

 

Dagen             Vijf dinsdagen (14.00–16.30 uur)

Data                7 okt 21 okt 4 nov 18 nov – 2 dec

Kosten            50 euro

Begeleiding    Janneke Krijger en Cees Savelkouls

Wij kunnen het wezenlijke niet voorzien.

Ieder van ons heeft de innigste vreugden beleefd daar waar niets ze hem deed verwachten.

 

Antoine de Saint-Exupéry is vooral bekend door het prachtige sprookje van De kleine Prins, dat hij in 1943 schreef. Het verhaal werd wereldberoemd en is in meer dan 160 talen vertaald. Maar behalve dat heeft Saint-Exupéry (1900 – 1944) heel wat meer op zijn naam staan en is hij nog steeds een van de belangrijkste auteurs van Frankrijk.

 

Antoine de Saint-Exupéry, die je een moderne mysticus kunt noemen, gaat in zijn verhalen op zoek naar het wezen van de mens. Zijn beroep als vliegenier heeft daartoe zeker bijgedragen. Hij behoort tot de pioniers in de luchtvaart. Met gevaar voor eigen leven verkende hij het luchtruim, werd beschoten, maakte noodlandingen, liep verschillende keren ernstige verwondingen op en werd met zijn toestel uiteindelijk op het eind van de tweede wereldoorlog neergeschoten. Door zijn avontuurlijke en riskante ondernemingen kwam hij meerdere malen in onherbergzame gebieden en in benarde omstandigheden terecht. Daarin trachtte hij moedig te overleven, zonder de hoop te verliezen. Zelf zegt hij:

 

Een mens zijn, dat wil juist zeggen verantwoordelijk zijn. Dat wil zeggen, zich beschaamd gevoelen over een ramp waarvoor men toch eigenlijk niet aansprakelijk is. Mens zijn dat is trots zijn op een overwinning die kameraden hebben behaald. Mens zijn dat is het gevoel hebben te helpen bij het bouwen van de wereld als men zijn eigen steentje bijdraagt. (…) Zijn eigenlijke deugd is niet zijn moed. Zijn ware grootheid is dat hij zich verantwoordelijk voelt.

 

Saint-Exupéry dacht diep na over hetgeen hem overkwam. Hij weet daarover meesterlijk te vertellen en tegelijk aan zijn ervaringen grote diepte te geven. Deze piloot, die ook technicus was en als geen ander de praktische kant van het leven op z’n waarde schatte, kon onderscheiden wat werkelijk van belang is in het leven.

 

Leven is langzaam geboren worden. Het zou wat al te gemakkelijk zijn als we zomaar een andere ziel zouden kunnen lenen! Soms lijkt het, dat een plotselinge verlichting van de geest een bestaan een geheel nieuwe wending geeft. Maar die verlichting betekent alleen, dat de Geest plotseling een weg aanschouwt, die langzaam voorbereid is.

 

Saint-Exupéry beschrijft wat de feitelijke situatie in hem oproept en welke wezenlijke vragen er naar boven komen. Hij zoekt naar de waarheid van iedere mens. Goed omgaan met elkaar, vriendschap, verantwoordelijkheid en solidariteit, daarin bestaat het wezenlijke van het menszijn. Het is zien met het hart.

 

Alleen als wij met onze broeders verbonden zijn door een gemeenschappelijk doel dat buiten ons ligt, kunnen wij vrij ademen. De ervaring leert ons dat liefhebben niet betekent dat wij naar elkaar kijken, maar dat wij samen in dezelfde richting kijken.

 

Voor de bijeenkomsten maken we een selectie uit zijn teksten over God, ons menszijn, over omgaan met elkaar, solidariteit en vriendschap. De teksten worden ter plekke ter beschikking gesteld. We hopen dat de verhalen van Antoine de Saint-Exupéry ons raken en ons ook uitnodigen onze eigen ervaringen te leren ‘zien met het hart’.

 

Dagen             Vijf woensdagen (14.00–16.30 uur)
Data                8 okt – 22 okt − 5 nov– 19 nov – 3 dec
Kosten            50 euro
Begeleiding    Wil Simis−Goddijn en Riet Spierings

Mijn God,

ik hoef niet naar de hemel te klimmen

om met U te spreken

en bij U mijn vreugde te vinden.

Ik moet mijn stem niet verheffen

om met U te praten.

Al fluisterde ik heel zacht,

Gij hoort me al; want Gij zijt in mij,

ik draag U in mijn hart.

(Teresa van Avila)

 

Van Teresa van Avila (1515-1582) is bekend dat zij op een eigenzinnige wijze haar leven vorm heeft gegeven. Samen met enkele anderen heeft zij een nieuwe stijl van religieus leven ontwikkeld, goeddeels tegen de heersende vanzelfsprekendheden in. Haar vastberadenheid daarin moge mede door karakter en aanleg bepaald zijn, het gevoel voor de goede richting en de maatvoering heeft zij al doende moeten vinden.

 

Hoe is zij in haar tijd tot dat onderscheidingsvermogen gekomen? Wat is haar geheim om bij de vele heftige en tegengestelde invloeden niet verloren te lopen? We trachten elementen van dat geheim op te sporen in haar autobiografie, het boek van haar leven.* Vervolgens proberen we te zien hoe die elementen, wellicht in een voor onze tijd gewijzigde vorm, ook ons eigen leven richting kunnen geven.

 

Om te beginnen kijken we of de uitstekende inleiding van de hieronder genoemde editie nog aanleiding geeft tot vragen of gesprek. Deze tekst geeft een goed beeld van het hele boek. Van tevoren zullen we laten weten welke teksten tijdens de bijeenkomsten worden besproken, zodat iedereen zich hierop kan voorbereiden.

 

*Teresa van Avila, Het boek van mijn leven. Ingeleid door Elisabeth Peeters en Ulrich Dobhan; vertaald door Carlos Noyen, Carmelitana, Gent 2009, 458 blz.,

ISBN 978 90 7667 170 3.

 

Dagen             Drie zaterdagen (11.00–16.30 uur)

Data                15 nov – 29 nov – 13 dec

Kosten            60 euro

Begeleiding    Frans Maas

 

Speling* is een driemaandelijks tijdschrift voor bezinning en geeft ruimte aan eigentijdse spiritualiteit en mystiek. De artikelen kenmerken zich door diepgang, veelzijdigheid en aansluiting bij het alledaagse leven. Dit jaar is het aan zijn 65ste jaargang toe. Sinds enkele jaren zijn door heel het land leesgroepen opgericht. Op dit moment zijn ruim 20 groepen actief. Ook in Haarlem zijn wij twee jaar geleden gestart. We komen vier keer per jaar bij elkaar en bespreken dan samen het laatst verschenen nummer en delen onze ervaringen. Vooraf leest ieder het nummer zelf. Het betreft een doorlopende groep.

 

Elk jaar staat een ander thema centraal in Speling. Jaargang 2014 gaat over thema’s en fenomenen waar we heden ten dage mee worden geconfronteerd. Onderwerpen die zich opdringen, waar we niet omheen kunnen, die emoties oproepen en de boventoon voeren in gesprekken. Met dit jaarthema van Speling probeert de redactie niet alleen enkele van deze werelden (Seks, Sport, Sociale media en Stress) in kaart te brengen, maar ook zicht te krijgen op de praktijken en op de onderliggende waarden. Waar bieden die gebieden ontwikkelingsmogelijkheden voor lichaam en geest? Waar zijn ze beknellend? Wanneer spreek je van vormend en verrijkend, wanneer is er sprake van verarming en hedendaagse gekte?
Volgend jaar (2015) staat er weer een nieuw thema op het programma: Leven, een hele kunst.

 

In het najaar starten we met het tweede nummer van jaargang 2014 over Sport. We houden de bijeenkomsten ’s avonds om ook werkende mensen in de gelegenheid te stellen deel te nemen aan deze doorlopende groep. De huidige groep bestaat uit een tiental deelnemers en twee begeleiders. Er zijn nog mogelijkheden om aan te sluiten.

 

*Een jaarabonnement op het tijdschrift Speling kost € 27.50 en is te bestellen bij
Drukkerij Giannotten bv,  Postbus  9228,  5000  HE  Tilburg,  Tel: 013-542 50 50,
e-mail: speling@gianottenprintedmedia.nl

 

Dagen             Dinsdagen (19.30–22.00 uur)
Data                10 feb – 2 juni
Kosten            40 euro per jaar
Begeleiding    Connie van den Herik en Krijn Kramer